Monthly Archives: maart 2018

DREAMTEAM SEQUENCE (2)

Succes maak je nooit alleen, Zonder de juiste mensen om je heen bereik je niet zoveel. In de afgelopen jaren heb ik daarom een geweldig ‘dream-team’ om me heen verzameld. We kunnen nou eenmaal niet overal in pieken en ik geloof dat je veel gelukkiger bent als je omarmt wie je werkelijk bent, mét je talenten en je minder sterke kanten. Daarom wil ik vandaag een aantal mensen in het zonnetje zetten die voor mij onmisbaar zijn in mijn netwerk.  Jacoline: je bent een netwerk-tijger en eventmanager die niets teveel is, ik vind je een inspiratie! Marinka: Mooi zoals je met je onderwijskennis al mijn onderbuik-ideeën onderbouwt. Ik ben hartstikke blij met onze samenwerking! Frank: Wat een kennis en inzicht in de uitgeverswereld! Diepe buiging! en last but not least: Bob: Een juridische uitblinker om rekening mee te houden en tegelijk een prachtig warm mens. Een bijzondere balans! Vandaag wil ik deze kanjers met zoveel woorden bedanken. Dus bij deze: Zonder jullie was ik nergens! Bedankt!

PARDON…OF WE WÁT ZULLEN?

Met mijn voornemen om de kracht van kwetsbaarheid te laten zien, schrijf ik vandaag een persoonlijk verhaaltje over een van de dingen die ik dus niet kan veranderen. Een Open Overpeinzing in de serie ‘Sprankelende Sprookjes over Dagelijkse Dingen’.

Of we erotisch zullen chatten, vraagt hij. Het verontrustende bericht bereikt me via messenger.

Ik bedank zo vriendelijk mogelijk maar uitermate duidelijk voor de discutabele eer. Voor mij is facebook een zakelijke aangelegenheid en ik vind het dus belangrijk om beleefd te blijven. Mijn geduld wordt echter soms wel op de proef gesteld.

Omdat ik zoveel mogelijk mensen wil bereiken, accepteer ik vrijwel ieder vriendschapsverzoek, maar er blijken bijzonder ‘kleurrijke’ figuren tussen te zitten. En de vrijheden die een aantal ‘heren’ zichzelf toestaan, zou ik zelfs voor een datingsite bijzonder vrijpostig vinden.

Ik vertel hem dat ik niet chat en overigens ook écht niet gediend ben van dit soort vragen. ‘Wat is dan je telefoonnummer?’ vervolgt hij schijnbaar onaangedaan. Ik pas opnieuw zeer duidelijk, met groeiende verbijstering voor het aanbod. Klaarblijkelijk gewend aan afwijzing vraagt hij onverstoorbaar door naar mijn cupmaat.  Wat mij betreft is de maat nu vol. Ik stel me voor dat dit het moment is waarop hij gewoonlijk wordt geblokkeerd en voor mij is dat het moment waarop ik besluit het eens over een andere boeg te gooien. Want waarom is het deze man niet duidelijk te maken dat dit niet de manier is om met vrouwen om te gaan? Zou het kunnen zijn dat hij dat niet weet omdat niemand de moeite neemt het hem te vertellen? Zou het kunnen zijn dat met een normaal menselijk gesprek, het kwartje toch zou kunnen vallen?  Ik vraag me oprecht af  wat zijn bedoeling zou kunnen zijn. Zou hij zich vervelen? Gewoon ‘met hagel schieten’ in de ijdele hoop dat er iemand toehapt, of zou hij daadwerkelijk denken dat vrouwen hierop zitten te wachten?

Terwijl ik nog peins over menselijkheid en goede bedoelingen, verschijnt er alweer een bericht op mijn scherm; ‘Hou je niet van seks soms?’ Ik verslik me bijna in mijn kauwgomballenthee. Een opmerking die overigens wel voor het eerst een bewustzijn doet vermoeden van een breinfunctie aan mijn kant. Ik doe een poging uit te leggen dat dat er niet toe doet, dat ik hier gewoon niet van gediend ben en stop daar onmiddellijk mee als hij schrijft: ‘afspreken om te sexen?’ Een opmerking waardoor ik op duidelijke gronden de conclusie kan trekken dat al het bloed van deze man zich in andere lichaamsdelen dan zijn hersenen moet bevinden. Met een diepe zucht sluit ik zonder verdere vorm van medemenselijkheid het gesprek af.

Helaas blijkt negeren ook niet te werken en als mijn telefoon direct daarop gaat, realiseer ik me verschrikt dat je via Messenger ook kunt bellen. Ik druk de oproep weg en typ een bericht. Hardleers als ik kan zijn als het gaat om het goede zien in mensen, doe ik nog één laatste wanhoopspoging; ik vraag hem me écht met rust te laten. ‘Heb je nu tijd om af te spreken?’ antwoordt hij. Ik geef het op. En in mijn frustratie suggereer ik dat ook echtgenoten niet erg zullen kunnen waarderen dat hun vrouwen worden lastig gevallen.

Tot mijn verbijstering is dat het toverwoord. De slordig getypte verontschuldiging die direct, enigszins stamelend volgt, ontlokt me een bitterzoete glimlach. Mijn echtgenoot is even denkbeeldig als mijn -bij hem aangenomen- interesse, maar voor nu hebben we een deal.  De beste man is voor zijn eigen veiligheid natuurlijk alsnog geblokkeerd en ik ben weer een les rijker. Ik ga niet meer in gesprek met mensen met onvoldoende bloed in hun hersenen. Er zijn grenzen. Zelfs aan medemenselijkheid.

Foto:LeBuzz via Unsplash

  • 23 maart 2018
  • Blog

OVER HET ÉNE ANTWOORD DAT ALTIJD WERKT

Met mijn voornemen om de kracht van onze kwetsbaarheid te laten zien, schrijf ik regelmatig een kort verhaaltje over dingen die ik om me heen zie. Vandaag een Open Overpeinzing in de serie Sprankelende Sprookjes over Dagelijkse Dingen.

 

‘Zei ze dat? Wat een bitch! Hoor ik een goedgeklede vijftiger twee tafeltjes verderop luid sissen. Hard genoeg om haar weerzin uit te drukken en nét zacht genoeg om met haar onderdrukte woede geen koffieongelukken om haar heen te veroorzaken. De afschuw druipt van haar gezicht. Ik weet dat ik niet zou moeten luisteren, maar terwijl ik met mijn laptop in het zonnetje zit op mijn favoriete koffieplekje, ontkom ik er soms gewoon niet aan.  De vrouw tegenover haar knikt uitbundig en kijkt vergenoegd naar haar vriendin. De erkenning voor wat haar is overkomen maakt haar lot voor even wat dragelijker.

We delen onze pijn maar al te graag met als beloning:  begrip en bevestiging.  Herkenbaar.  Een valkuil die we allemaal op enig moment in ons leven niet zullen weten te ontwijken. Soms ben je zó verbolgen over onrecht, dat je het gevoel hebt dat je explodeert als je geen stoom afblaast bij een ander. Maar eigenlijk is er dan bij de reactie op wat er gebeurd is, al iets fout gegaan. In mijn herinnering zie ik talloze voorbeelden van mensen die met een onterechte aantijging mijn temperament lieten ontwaken. En mijn reactie is dan net als die van iedereen; vechten of vluchten. Of was, moet ik eerlijk zeggen. Want sinds een tijdje heb ik het ideale antwoord op al dit soort situaties.

Dat antwoord, daar kom ik straks op terug. En hoe dat gebeurde? Een confrontatie met een gepasseerde concurrent. Hij riep een volzin die ik niet zal herhalen, op een volume dat ehm… niet noodzakelijk was gezien de afstand waarop wij ons van elkaar bevonden.  Ik was verbijsterd en in een fractie van een seconde waarin mijn lichaam de mogelijkheden afwoog tussen ‘vechten of vluchten’ gebeurde er iets onverwachts.

Alsof er een engel zijn hand op mijn schouder legde, kwam er een verrassende rust over me waarin ik me realiseerde dat de persoon tegenover me, net als ik, vocht met zijn eigen ‘demonen’.  En ervan uitgaande dat er niet één waarheid is, maar dat we allemaal onze eigen realiteit zien, had hij vanuit zijn perspectief waarschijnlijk voldoende argumenten verzameld voor de vileine opmerking. Als bij toverslag veranderde mijn amygdala-reactie, die ervoor zorgt dat we ons geschrokken terugtrekken of boos uithalen, in oprechte interesse. Wat dreef hem, wat was zijn waarheid, wat gebeurde er in zijn hoofd dat hij het nodig vond om zó tegen me te doen? Dat was alles. En dat éne moment veranderde ook alles.

‘Dat is interessant; waarom zou je zoiets zeggen?’  Zei ik rustig en tot mijn verrasing klonk mijn stem oprecht vriendelijk. In de stilte die volgde was de warmtegraad in één milliseconde veranderd van -15 naar kamertemperatuur en ik zag dat hij de vraag oprecht in overweging nam. Ineens konden we elkaar zien voor wat we waren. Twee mensen die worstelen om het goede te doen en onszelf proberen te beschermen tegen pijn. Wat volgde was niet alleen een goed gesprek maar ook een jarenlange waardevolle samenwerking die me heel dierbaar is geworden.

En de dames twee tafels verderop? Die kregen onmiddellijk na de verbolgen uitroep, hulp van een real-life engel. Hij verscheen in de gedaante van een leuke jonge ober, die met een brede grijns langs hun tafeltje liep en ze een knipoog toewierp. ‘Niet roddelen hè meisjes, we zijn allemaal maar mensen’ sprak hij zacht, de dames blozend achterlatend.

Soms zijn er van die momenten waarop je iemand wel zou willen zoenen. Maar de meeste engelen zijn zich er niet van bewust dat ze een engel zijn. In gedachten stel ik me voor hoe hij zou reageren als ik mijn gedachten met hem zou delen. Ik veronderstel dat hij verbaasd zou uitbrengen: ‘Dat is interessant, waarom zou je zoiets zeggen?’ En terwijl ik m’n laptop dichtklap, glimlach ik in mezelf  en vertrek dankbaar naar huis.

 

Foto: Priscilla du Preez

 

 

 

 

 

 

DREAMTEAM SEQUENCE (1)

Social media sequence: Succes maak je nooit alleen.

Zonder de juiste mensen om je heen bereik je niet zoveel en daarom is het tijd om eens wat van mijn helden in het zonnetje te zetten. In de afgelopen jaren heb ik een geweldig ‘dream-team’ om me heen verzameld. We kunnen nou eenmaal niet overal in pieken en ik geloof dat je veel gelukkiger bent als je omarmt wie je werkelijk bent, mét je talenten en je minder sterke kanten. Vandaag wil ik daarom deze vier mannen noemen. Ze zorgen samen dat alle visuele dingen om mij heen er goed uitzien: Paul zorgt voor mijn website en email-marketing, Ruud voor de opmaak van mijn boek. Mike maakt geweldige illustratie’s en de andere Paul zorgt voor alles wat gedrukt en geprint kan worden. Ik ben zo ontzettend blij met deze mannen. (Maar vanzelfsprekend zijn er nog meer; mijn juridische rots in de branding, mijn inspiratiebron, mijn uitgeef-genie, mijn financiële wonder enzovoort. Die zet ik een volgende keer in de ‘spotlight’). Vandaag wil ik dit superteam met zoveel woorden bedanken, dus bij deze: Zonder jullie was ik nergens! Bedankt! PS Ik kan je al deze mensen van harte aanbevelen. Dus als je écht goede mensen nodig hebt, laat het me weten. Als je belooft dat ze nog voldoende tijd voor mij overhouden ‘leen’ ik ze met plezier uit! 😉

OVER MOOIE HAKKEN EN DE JUISTE ANTWOORDEN

Met mijn voornemen om de kracht van onze kwetsbaarheid te laten zien, schrijf ik regelmatig een kort verhaaltje over dingen die ik om me heen zie. Vandaag een Open Overpeinzing in de serie Sprankelende Sprookjes over Dagelijkse Dingen.

“Je mag best wat zeggen hoor’ hoor ik een warme vrouwenstem achter me fluisteren.

Ik kijk om en zie een moeder en dochter waarvan het aandoenlijke meisje is gestoken in een rood-wit gestreept jurkje.

Haar blik heeft zich als een harpoen vastgeklonken aan mijn delfts blauwe pumps en haar mond staat een klein beetje open. Kijk je naar mijn schoenen? Vraag ik volkomen overbodig. ‘Mooooi’ weet ze alleen in opperste verrukking uit te brengen. De vrouw met de warme stem kijkt vertederd naar de kleuter en herhaalt, even overbodig: ‘mooi hé?’ Het meisje knikt waarbij haar prachtige krullen uitbundig op en neer dansen. In een poging de conversatie op gang te houden terwijl we wachten op de parkeerautomaat, bega ik een historische flater door te zeggen:. “Ik vind de jouwe ook mooi, met al die glitters enzo.  Zullen we ruilen?’ Waarna ik me onmiddellijk toch ietwat verontrust afvraag wat ik zal doen als ze op mijn aanbod ingaat.

Een jongetje van een paar jaar ouder springt vanachter zijn moeder tevoorschijn en verbreekt het wat ongemakkelijke moment met een onverwacht perspectief: ‘Ik vind ze ook mooi! roept hij enthousiast. Ik wil ze ook wel hebben!’ vervolgt hij terwijl hij op mijn hakken wijst. De vrouw en ik kijken elkaar aan. In één lange seconde realiseren we ons hoeveel het er toe doet hoe we nu reageren.

Overduidelijk peinzend kijk ik van het mannetje met zijn open blik naar zijn zusje en trek een diepe denkrimpel in mijn voorhoofd. Ik word me bewust van de afwachtende blik van de vrouw en mijn gedachten die de mogelijke antwoorden  afwegen. Té vaak krijgen kinderen een reactie die ze in de rest van hun leven vormt. ‘Doe niet zo gek’ is daar een van, en ‘Maar jij bent toch een jongen’ maakt ook in één klap een hoop duidelijk over hoe wij de wereld zien. Tegelijkertijd weet ik niets over de opvoeding en de waarden van de moeder tegenover me die bijna onzichtbaar haar adem inhoudt. Ik weet dat ik niet veel anders kan doen dan bij mezelf blijven. Alles in mij omarmt de authenticiteit van dit kleine kereltje dat één kort moment symbool staat voor het kind in ons allemaal. ‘Alles en iedereen mag er zijn’ denk ik.

Ik kijk van de glittersandaaltjes naar de groene  gympen en terug en dan naar mijn eigen hakken, ‘Tja, hoe moet dat nou’, zeg ik. ‘Ik kan niet kiezen tussen die van jullie,  en we kunnen de mijne natuurlijk ook niet in tweeën hakken…’ De moeder peinst zichtbaar mee en kijkt van de kleuter naar haar grotere broer. Vanuit mijn ooghoeken zie ik haar uitademen.  Bijna onmerkbaar maak ik het begin van een beweging naar de inmiddels beschikbare betaalautomaat. Zullen we dan maar allemaal onze eigen schoenen houden? Stel ik voor. Enigszins teleurgesteld, maar begripvol kijken de twee kleine mensjes elkaar aan. Ze knikken. Zich onbewust van de gender-stigma’s en rollenpatronen die ongewild nog steeds een rol spelen in de hoofden van dezelfde volwassenen waar ze naar opkijken. We zwaaien nog even vriendelijk en gaan ieder ons weegs.

De moeder kijkt nog een keer om, zichtbaar opgelucht over weer een genomen horde op de weg naar evenwichtige volwassenheid van haar koters. Onze blikken kruisen elkaar. We glimlachen.

Ik voel me dankbaar. Onbedoeld hebben deze kleine mensjes me een waardevol moment gegeven. Een levensles en een beetje geluk zit soms in een piepklein hoekje.

WIL JE VOORTAAN ALS EERSTE MIJN BLOG'S LEZEN?

Laat dan je naam en e-mailadres achter, dan stuur ik je ze persoonlijk toe.  Maak je geen zorgen: Ik haat spam, dus ik ga uiterst voorzichtig om met je gegevens.

LIFE IS FOR LIVING!

Wat we hier doen, met The Love Guerilla en de andere projecten, is proberen mensen te inspireren om voor elkaar te zorgen , het goede in elkaar te zien én elkaar en zichzelf te accepteren zoals ze zijn. Daarom laten we zo vaak mogelijk van ons horen via social media. Heb je de pagina’s al gevonden en geliked? Hier kan je ons volgen op Facebook, LinkedIn & Twitter. 

2

OVER MENSELIJKHEID EN MISVERSTANDEN…

Met mijn voornemen om de kracht van openheid (en kwetsbaarheid zo je wilt) te laten zien, schrijf ik vanaf nu regelmatig een kort verhaaltje over dingen die ik om me heen zie. Vandaag een Open Overpeinzing in de serie Sprankelende Sprookjes over Dagelijkse Dingen.

‘Maar het was zo intens, ik heb je alleen nog niet gezoend…’ stamelt hij ‘… ik dacht dat we zo’n beetje een relatie hadden.’
Ik moet mijn best doen om mijn mond niet open te laten staan van verbazing.

Na een lunch met een goed gesprek en een welgemeende vriendschappelijke knuffel, kunnen onze interpretaties bijna niet verder van elkaar verschillen.
Waar ik een fijn mens zie, die het moeilijk heeft in een snoeiharde scheiding en behoefte heeft aan een luisterend oor, ziet hij een mogelijke verlossing van zijn knellende eenzaamheid. De knuffel was oprecht en warm, maar door mij overduidelijk platonisch bedoeld. Voor hem was het een invulling van enigszins oververhitte fantasieën en een vorm van broodnodig contact… als regen in de woestijn.

Nadat ik me hersteld heb van mijn verbijstering, probeer ik mijn woorden zorgvuldig te kiezen.
Hij weet hoe ik hem waardeer, zowel als mens als  in zijn werk, maar dit is een verschil in duiding, die misschien niet rationeel is te overbruggen. Het feit dat ik niet beoog wat een ander hoort, neemt echter niets weg van de integriteit van wat ik doe.

Een van de grote frustraties in het leven, mijmer ik in mezelf, wanneer je het allebei goed bedoelt, maar elkaar toch niet kunt bereiken. Die frustratie komt in allerlei vormen; van schreeuwende partners tot boze buren en conflicten op de werkvloer.
Hoe zou het zijn als we in staat zouden zijn om het beste in elkaar te blijven zien? Elkaars standpunt proberen te begrijpen en vooral de intentie hebben om van elkaars goede bedoelingen uit te gaan?
Hoe zou het zijn als we onszelf en anderen op zo’n manier zouden kunnen accepteren dat er geen verwijten zouden zijn, alleen constateringen?
De behoeften en verwachtingen die we hebben ten aanzien van anderen zijn nou eenmaal niet meer dan een spiegel van de ‘gaten in onze eigen ziel’. Die gaten zijn, ondanks dat het soms zo voelt, niet op te vullen door iets van buitenaf. We zullen het zelf moeten doen. En dat vraagt niet alleen hard werk, maar ook medemenselijkheid.

Ik kijk op uit mijn overpeinzingen en zie hem onrustig schuiven op zijn stoel.
‘Kunnen we wel vrienden blijven?’  Vraagt hij met de grote ogen van een klein jongetje.
Ik denk even na over wat er nou eigenlijk gebeurd is; in mijn ogen hebben we alleen maar een situatie vanuit een ander standpunt bekeken en hebben we allebei weer iets geleerd in de nooit stilstaande trein die het leven heet.

‘Voor mij is het nooit anders geweest’ antwoord ik  en ik twijfel even of ik de neiging om zijn onderarm aan te raken zal onderdrukken.
Ik besluit bewust om mezelf te zijn, want dat is mijn persoonlijke integriteit. Maar hier en daar wat ondertiteling aanbrengen is een mooie aanvulling.
Terwijl ik hem een vriendschappelijk klopje geef, zeg ik;
‘Dit is gewoon zoals ik ben, en ik gun je oprecht het allerbeste’
Opgelucht kijkt hij me aan. ‘Mag ik dan nog zo’n fijne knuffel?’ Vraagt hij. Ik lach.
‘Een vriendschappelijke hoor!’ voegt hij er snel aan toe.
We grijnzen allebei en ik weet dat we niet alleen allebei geleerd hebben, maar dat dit ook de manier is waarop verbindingen worden gemaakt. Échte verbindingen, die niet te vangen zijn in rigide vormen als ‘relatie’ en ‘zakelijk contact’ maar in menselijkheid.
De menselijkheid die we allemaal zo broodnodig hebben, als regen in de woestijn.

 

foto: Ben Rosset

  • 4 maart 2018
  • Blog
Loading...
Visit Us On FacebookVisit Us On LinkedinVisit Us On Twitter